De bladeren van deze plant hebben van zichzelf een kamferachtige smaak, maar na kruidenextractie ontstaat de typische pepermuntsmaak. Uit de bladeren wordt pepermuntolie gewonnen, maar ze worden ook in thee gebruikt.
De plant groeit het beste in gedeeltelijke schaduw of in de volle zon en heeft vochtige, goed gedraineerde, alkalische grond met veel voedingsstoffen nodig. Vermeerderen gebeurt door middel van wortel- of stengelstekken in voor- of najaar. Bij het planten worden vaak emmers of plastic zakken gebruikt om woekering via de wortels te beperken. Munt kan ook binnenshuis worden gekweekt.